zondag 6 januari 2013
Week 7
"Ja, goed he? Ze kan weer lopen. Nou ja, een beetje dan. Het gaat steeds wat beter. Ja, inderdaad ja, het gaat ook nog altijd steeds te langzaam. Eerlijk gezegd worden we er een beetje gek van. Wil je haar misschien een weekje lenen? Bejaarde vrouw van 87, goed van geest, matig van lichaam, bloedeigenwijs en met een bijzonder gevoel voor humor. Nee? Echt niet? Jammer, want de aankomende week wordt een topweek. Nou gewoon. Of eigenlijk niet gewoon. Een paar weken terug is er op 8 januari een gesprek gepland tussen de arts, de fysiotherapeut en nog wat mensen om haar geval te bespreken. En op de één of andere manier heeft ze bepaald dat die mensen op 8 januari gaan zeggen dat ze dan, en ook dan onmiddellijk naar huis toe mag. Wat? Welnee, een deel van haar weet wel dat nog niet gaat gebeuren maar een ander deel weet het echt zeker. En echt, binnen een minuut kan ze nu van "Ik kan nog helemaal niks" naar "ik ga op 8 januari naar huis" gaan. Gek word je er van. Natuurlijk. Ik snap het best. Als ik daar zat wilde ik ook weg. Het is toch een beetje alsof je zeven weken in een matig hotel langs de snelweg zit en je je kamer niet uit mag. Iets gebeurd? Daar? Nee, oh wacht, vrijdag kwam ik nog twee bezoekers tegen die de weg kwijt waren. Of ik misschien wist waar de uitgang was, ze hadden een hopeloze blik in de ogen. Alsof ze al uren naar de uitgang zochten. Wat? Nee, dat zal toch niet? Nee joh, het waren bezoekers. Nee, echt, ik weet bijna zeker dat het bezoekers en geen bewoners waren die wilde ontsnappen. Toch?"
"Wat? Nee, ik moest de afgelopen week vaak aan Piet denken. Piet ja. Piet is eind 60 en komt al in de bibliotheek sinds ik er werk. Piet werkt in de groenvoorziening. Heet dat nog zo? Nou ja, soms kom ik hem tegen als ik naar het werk fiets, dan staat hij blijmoedig een struik weg te hakken of hij doet iets met een schoffel. Vaak herkent hij me, dan roept hij "Hoi" en zwaait. Maar niet altijd, hij schoffelt met veel aandacht. Maar goed, Piet komt dus al in de bibliotheek sinds ik er werk. Hij leent altijd een paar boeken, van Baantjer of Arendsoog. Iets anders wil hij niet. Collega's hebben wel eens iets anders geprobeerd aan te raden hoor. Maar dan wordt hij bozig. Hij wil Baantjer, of Arendsoog. Hij moet die boeken nu zo langzamerhand allemaal wel 20 keer gelezen hebben. Maar hij vindt het leuk, dus wie zijn wij om tegen hem te zeggen dat hij wat anders moet lezen of doen. We hebben hem wel eens achter een computer proberen te krijgen. Maar dat wilde hij ook niet. Hij lachte er half angstig bij en keek tegelijk schichtig naar de uitgang. Piet wil gewoon een paar boeken en wat vriendelijke woorden van een medewerker. Sorry? Nou ik moest aan Piet denken omdat ik deze week weer zoveel dingetjes over de toekomst voorbij zag komen. Over betrokkenheid, boekenkasten en 1825 dagen. Wat? Nee. Nee, niet. Ik bedoel met dat denken aan Piet helemaal niet dat ik dat wat er in die stukken staat onzin vind en dat alles alleen om de Pieten uit de samenleving moet draaien. Alleen hoop ik dat er in de toekomst wel ruimte in de bibliotheek blijft voor mensen als Piet. Mensen die gewoon een boek willen en verder niks, omdat die mensen er nu eenmaal ook zijn. Nee, dat zeg ik niet. Ik vind veranderen prima. Maar het is niet of dit of dat. Nee, ik vind het heel goed dat we allemaal nadenken over later, en hoe dat dan moet. Zolang dat nadenken tenminste niet ontaardt in sektarisch gekift, dat lost niks op. In veel meningen over later, en de rol van bibliotheken kom ik het woord "verbinden" tegen. Misschien is het dan een aardig idee om die verschillende ideeën die er bestaan over die toekomst dan ook met elkaar te verbinden en niet te doen alsof de één de wijsheid in pacht heeft en de ander maar een beetje achterhaald loopt te sufmutsen. Er is niet één waarheid, er is niet één oplossing".
"Nee, ik lees een gortdroog boek over Jordanië en het staat ook nog vol met verwijzingen naar nog gortdrogerige titels. Heerlijk. Maar met al het heen en weer gerij naar Schagen schiet het niet op dus ik vertel er een andere keer nog wel over. Nee, ik heb in het nieuwe jaar eigenlijk alleen nog maar naar The Supremes geluisterd. Wat? Och ja joh, ik ben gewoon een stiekeme Supremes fan. Dan zit ik in de trein met mijn antiquarische discman en dan heb ik wel cd's van Xenakis of Elliott Carter in mijn tas zitten maar ik luister gewoon naar The Supremes hoor. Ha. Gewoon liedjes, tuttig, met koortjes en blije gezichten. Maar, sorry hoor, ik moet gaan, ik moet even bij Poes kijken. Nee, die zit in het trappenhuis. Naast de deur van de bovenburen. Een week of zo geleden rook hij daar een muis, er zit een gaatje in de muur daar. En nu zit hij daar elke dag een paar uur. Te wachten, op de muis. De laatste paar dagen gaat hij steeds wanhopiger kijken. Dus af en toe ga ik even bij hem zitten. Dan gaan we samen naar het gaatje staren. Wat? Nou, misschien vind jij dat raar, ik word er best rustig van."
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
2 opmerkingen:
Kan me goed vinden in je woorden over doen alsof je de wijsheid in pacht hebt en de anderen sufmutsen zijn.
Vind het zelf ook hartstikke belangrijk dat we als branche ons digitaal sterk moeten maken, maar laten we elkaar niet gaan verketteren omdat de één nu eenmaal wat meer voorop loopt dan de ander. Schieten we niks mee op.
Opnieuw mijn complimenten voor je blogteksten, heerlijk om te lezen en lekker relativerend.
Dank voor het lezen Bas. En van verketteren komen alleen maar brandstapels, daar schieten we niets mee op.
Een reactie posten