maandag 1 juli 2013

Twee vogels, op de rand van het perron


Ze zaten naast elkaar op het bankje. Ze hoorden bij elkaar.
Er was net te weinig ruimte tussen hen om daar aan te twijfelen.

Ze keken voor zich uit.
Naar twee vogels die op de rand van het perron zaten.
De vogels keken niet terug.

Er liepen twee meisjes langs het bankje.
Tussen hen was ook weinig ruimte.
Maar dat zegt bij meisjes van die leeftijd dan weer helemaal niets.

De man, die rechts op het bankje zat volgde de meisjes.
Maar alleen met zijn blik. Met zijn hoofd bleef hij naar de vogels kijken.
De vrouw naast hem, draaide haar hoofd met de langslopende meisjes mee terwijl ze naar hen keek. Zoals vrouwen elkaar op kunnen nemen.

Toen de meisjes uit zijn blikveld dreigden te verdwijnen begon het hoofd van de man in hun richting te bewegen. Een haast onmerkbaar beetje nog maar.

Meteen en misschien nog wel eerder keek de vrouw de man in zijn gezicht. Waarop hij het bewegen van zijn hoofd onmiddellijk corrigeerde.

Gelukkig zaten de twee vogels nog steeds op de rand van het perron.
Dus keken ze daar maar weer naar.

De vogels keken nog steeds niet terug.
En dat snap ik best.