donderdag 30 april 2009

Voor de majesteit

Speciaal voor deze heugelijke dag heb ik Claudia kunnen overreden om, voor de majesteit en alle andere web 2.0'ers, een lied te spelen op haar saxofoon. Claudia werkt, mocht dat onbekend zijn, in de Bibliotheek Langedijk.
Haar leek, hoe "community" kun je wel niet worden, "Alle menschen werden bruder" de beste keuze.



Natuurlijk had het beeld scherper gekund en het geluid beter. Maar toch. Het filmpje is er.
Dit filmpje is echter niet aleen maar leuk bedoeld.

Als ik door de bibliotheek loop zie ik mensen praten met de medewerkers, er wordt gegroet en gelachen. Bezoekers reageren op medewerkers en andersom. Ik zie gezichten. Dat is fijn, dat vergemakkelijkt contact. Zo praat ik bijvoorbeeld veel liever met iemand die ik aan kan kijken dan tegen een anonieme medewerker aan een telefoonlijn.

Ik bekijk de laatste tijd nogal wat bibliotheeksites. En wat me opvalt is dat die tegenwoordig allemaal gruwelijk modern zijn, mooi opgemaakt met een button hier en een invulschermpje daar. Maar ze zijn ook anoniem. Er is geen gezicht te zien. En natuurlijk hoeft niet iedereen saxofoon te leren spelen. Of tijdens zijn of haar andere hobby gefilmd en getoond te worden op de website. Iets daar tussen kan ook. Als web 2.0 gaat over communicatie en reageren dan is het misschien handig als wij ons gezicht eens gaan laten zien.

woensdag 29 april 2009

Keuzes, keuzes

Dit foto 2.0 deel is nog een heel gedoe zeg. Er lijken wel net zoveel Foto 2.0 sites te zijn als rss-feeds.

sandra444444 stelde een vraag onder een vorig postje over een fotowedstrijd met behulp van Flickr. Ik stelde voor dat de foto met de meeste (of meest prijzende) comments zou winnen. Het vervelende (vind ik) is echter dat om een comment te kunnen geven op een Flickrstream je lid moet zijn van Flickr (of Yahoo). En dat beperkt. Natuurlijk is het fijn voor Yahoo (of Flickr) dat mensen dan even lid worden, het bevordert tenslotte het aantal gebruikers en natuurlijk is het heel erg 2.0 dat mensen zo lid worden van een community. Maar toch. Het blijft een drempel. En wilden we daar nu niet juist vanaf?

Met wat rondzoeken struikel je welhaast over de foto 2.0 sites, community na community. En binnen zo'n community weer allerlei groepen. Zo zijn er op Flickr al minstens 2 groepen die Langedijk (of een stukje daarvan) in beeld brengen.

Van het Tiny Things blog kon ik me een link herinneren naar weer een ander blog waar je foto's van commentaar kon voorzien. Met wat zoeken in de html van die pagina kwam ik uit bij Slide. En met die site, ook best wel weer een 2.0 community, knutselde ik onderstaand vakantiefotoding in elkaar. Als het goed is kun je door op het sterretje links bovenin de foto's te klikken een commentaar bij de foto's geven. Maar, en ik zeg het er meteen maar bij, ook hier moet je eerst weer lid worden om wat te kunnen zeggen. Wat ik jammer blijf vinden.

dinsdag 28 april 2009

De spelende bibliothecaris is net een mens

Omdat een medecursist van 23dingen één kamer verderop aan het worstelen was met het embedden van een Flickr stream zocht ik op internet naar een oplossing voor haar probleem. Maar in plaats van een oplossing vond ik iets anders.
Met een simpel stukje html-code kun je een website in je blogje opnemen. En dat is toch weer een vondst. Zeker omdat de opgenomen website gewoon "klikbaar" is.
Dat het kan, alleen dat is al mooi.

Het opgenomen blog is dat van Edo. Waarmee dit een extreme vorm van "een wit voetje halen" dreigt te worden :)


Of toch weer Google?

"Lezen is een werkwoord", dat wil ik, vrij naar dacht ik een uitspraak van Gerrit Rietveld, nogal eens roepen. Maar ik roep wel meer dingen die ik vervolgens weer vergeet.

Wie het internet gebruikt voor meer dan de buienradar vult daar waarschijnlijk nogal eens een "ik wil lid worden van" formulier in. Mailadres, gebruikersnaam, vinkje hier, vinkje daar en klaar. Dat wordt zo'n automatisme dat "lezen" er niet echt meer bij komt kijken. Zo ben ik in ieder geval door de aanmeldpagina's van Flickr gegaan.

Toen ik gister mijn postje over Flickr op dit blog had gezet regende het in Den Helder nog steeds. En aangezien ik verder even niets te doen had bedacht ik me dat het, voor een toekomstig postje, handig zou zijn als ik vast wat foto's zou uploaden naar Flickr. Vakantiefoto's, ik zeg het meteen maar. Dat uploaden ging moeizaam maar dat kwam omdat mijn thuispc op een versie van Windows draait die zo oud is dat ik de helpdesk van Quicknet niet meer durf te bellen. Daar is iemand ooit in schateren uitgebarsten toen ik nietsvermoedend "Windows 98" zei. Men moest lang zoeken voor er iemand gevonden was die daar nog verstand van had. Maar dit terzijde.
Na het uploaden ging ik nog even naar mijn blog kijken om te zien hoe mijn postje erbij stond. Prima, en de fotostream van Flickr ging ook goed. Tot het moment dat na de foto's van de bibliotheek plots de vakantiefoto's ook gepresenteerd werden.

Flickr zet al de foto's die je opload in één fotostream. En dat is logisch. Flickr is een soort blog maar dan met plaatjes. Zo kwam ik iemand tegen met maar liefst 320 foto's van t-shirts.
Mensen kunnen je hele stream bekijken en van commentaar voorzien. Reuze 2.0 dus. Maar de toepassing die ik gister vond, zet je flickrstream bij een specifiek bericht op de website, valt erdoor in het water.

Gelukkig is er altijd Google. Google heeft Picasa. Wat een beetje lijkt op Flickr, maar waar je je foto's in zelf te maken mapjes kunt zetten zodat ze niet opgaan in één grote stream. Waardoor je specifieke foto's bij een specifiek bericht kunt plaatsen.

Als ik wat beter had gelezen had ik dat waarschijnlijk meteen begrepen. Zo heb ik nu foto's bij Flickr én Picasa. En dat is toch maar mooi meegenomen. Al zijn er ook momenten dat ik denk dat je er horendol van zou kunnen worden.

maandag 27 april 2009

Ding 6 Flickr

Flickr is meer dan alleen maar een handige backup voor je fotobestanden. Al is dat al een heel iets eigenlijk.

Maar. Eerst maar eens aanmelden. Dat ging simpel. Al hielp het wel dat ik al een account bij Yahoo had. Want Flickr is Yahoo. Dus weer een account. Zucht. Vervolgens mag/moet je wat dingen invullen die je meteen helpen herinneren aan het feit dat dit een web 2.0 ding is. Vragen over waar je woont en, verbazingwekkend, je relatiestatus. Wat ik wat apart vond maar het zal ongewtijfeld heel 2.0 zijn. Daarna nog wat vinkjes in hokjes en klaar.

Toch?

Afgelopen vrijdag uploade ik de eerste trits foto's naar Flickr. Gewone werkfoto's. Het ging reuze simpel. Je klikt wat bestanden aan, voegt titels en tags (trefwoorden) toe en hup, daar staan ze. In je persoonlijke fotostream. Eitje. Daarna minstens een half uur eerst alleen en daarna met een medecursist proberen te achterhalen waarom die foto's via het zoekschermpje niet te achterhalen waren. Na ellenlang klikken verscheen plots de mededeling dat het de eerste keer het Flickr team wel een paar dagen kon kosten voor de foto's terugvindbaar waren.
Dat zijn ze nu nog niet dus of ik doe iets fout of

(er werd gebeld, door weer zo'n callding met weer zo'n meisje dat weer vertelde dat ze een marktonderzoek deden naar het gebruik van mobiele telefonie en internet. Gek word ik daarvan. De eerste keer was het een Marvin. Die vertelde dat hij een scriptie aan het maken was over mobiele telefonie en internet. Toen ik vertelde dat ik het ongeloofwaardig vond dat hij zijn scriptie schreef in een callcenter hing ie op. Flauw.)

Maar, of ik doe dus iets fout, of de jongens en meisjes van Flickr werken niet in het weekend.

Maar verder is Flickr natuurlijk reuze handig. Voortaan gaan de foto's van activiteiten daarheen en kunnen ze gelinkt via de website door iedereen bekeken worden.

Een opdracht van 23dingen is het zoeken van een foto op Flickr om daar wat bij te schrijven. Dat wil ik best doen maar de valkuil is het vragen van toestemming aan degene die de foto nam. Die heeft nog niet terug gemaild. Dus zet ik hieronder maar mijn eerste fotostream. Aan de mensen op die foto's heb ik ook niks gevraagd maar ik neem de gok.

vrijdag 24 april 2009

Vrijdag, muziekjesdag (3)

Hij gaf me een cassettebandje. De jongen uit het winkeltje in het hotel in Tripolie, Libie was me achterna gelopen. Ik had een paar minuten daarvoor een andere cassette van hem gekocht samen met wat ansichtkaarten die maanden later pas in Nederland aankwamen. Op dat bandje stond ergens onderop met priegelletters "avec Khaled". Het bandje dat hij in de hal aan me gaf was van het beroemde concert "1,2,3 soleils" van Khaled, Faudel en Taha. "You want this". Het was geen vraag, het was een constatering. Toen ik hem wilde betalen schudde hij z'n hoofd, gaf me een hand en liep terug naar zijn winkeltje. Hij draaide zich nog een keer om, glimlachte breed, en verdween.

Khaled werd geboren in Algerije. In 1986 moest hij, inmiddels zanger in het door conservatieven verfoeide rai genre, na doodsbedreigingen het land, dat wegzakte in één van de vuilste en wreedste burgeroorlogen ooit, ontvluchten. In Parijs zong hij verder. Beroemd werd hij in het westen met het lied "Aicha". Een fijn wegbobbelend nummer. Een liefdesliedje.
Maar niet alleen. Er zit een betekenis achter, of onder.
In het lied verklaart een man een vrouw zijn liefde. En hij belooft haar de mooiste spullen. Maar haar antwoord is: "Hou jij je spullen maar. Een gouden kooi is gewoon een kooi. Ik wil dezelfde rechten als jij".
Ongewone zinnen in een arabisch lied. En de vrouw dezelfde naam geven als één van de vrouwen van De Profeet was gedurfd. Minstens.

Ik heb de muziek van Khaled op veel plekken daar gehoord. In een landrover in het midden van het grote niets. Op markten, in theehuizen. "You like?" Als je dan bevestigend knikte was het vaak "Khaled. He good!".

Hieronder staat een filmpje. Er zijn vast betere uitvoeringen. Het beeld is nogal rommelig.
Maar soms zijn plek en tijd belangrijker dan beeldkwaliteit.
Khaled zingt "Aicha". In Algiers, Algerije. In 2007. Voor een groot publiek. Maar eigenlijk hoeft hij zelf niet te zingen. Iedereen zingt het daar voor hem. En voor elkaar.

Tijden veranderen, ook al gaat dat soms onmerkbaar langzaam.

donderdag 23 april 2009

(geen ding)

Gisteravond las ik het al op het blog van Marian. Er was brand brand in De Blinkerd in Schoorl, het gebouw waar ook de bibliotheek in zit. Hoe het met de bibliotheek is kan ik nu nog niet zo vinden. Al zal die er waarschijnlijk nog zijn, anders had iemand het tegendeel vast wel opgeschreven.

En Martin Bril is dood.

woensdag 22 april 2009

Nerd alert!

Wat postjes terug vroeg ik me af of je verschillende rss feeds ook kon combineren. Dat kon. Zei men op het internet. En de meest creatieve (lees: "Och, kijk wat een hoop knopjes en dingetjes waarvan het totaal onduidelijk is wat er mee zou kunnen") manier leek een Yahoo Pipe.
Vamorgen kwamen er wat fracties van de gemeenteraad langs, zojuist gingen de laatste documenten in de envelop met daarop de naam van de certificeringsmevrouw. En voor de rest waren er nog wat andere dingen waar ik mijn hoofd over brak. Dus ik mocht weer even wat leuks doen.

Via Yahoo Pipes kum je in het scherm komen waar je een pipe kunt maken (je moet dan wel weer een Yahoo account aanmaken maar, nog een account, wat maakt het uit). Zo'n pipe moet je zien als een, uh, pijp waarin je aan de ene kant een hele hoop info stopt en waar je aan de andere kant één informatiestroom uitkrijgt. Het maken van zo'n pipe is reuze gezellig. Je schuift een hoop dingetjes heen en weer op je scherm waar je vervolgens weer verbindingen tussen trekt. Op YouTube staan er hopen filmpjes over. Al heb ik zo'n vlug geen filmpje gezien waarop de maker van een pipe vloekend en tierend een kop koffie over zijn pc dreigt te gieten. Omdat het natuurlijk weer niet werkt.

Mijn pipe is simpel. Het voegt (als het ding goed werkt natuurlijk) alle blogs van de andere deelnemers aan 23 dingen van Bergen, Heiloo en Langedijk samen en laat in een schermpje op dit blog steeds de meest recent gepubliceerde zien. Goed, het is niet bepaald wereldschokkend, ik weet het maar ik kan me goed voorstellen dat je zo'n pipe maakt waarin je allerlei bibliotheekblogs duwt en waaruit je dan postjes filtert over, zeg, het certificeringsgesprek. Om maar eens iets te noemen.

Maar misschien moest ik eerst maar eens afwachten of deze wel echt werkt.

dinsdag 21 april 2009

Het werd ook wel tijd zeg

Kijk mij aan. Of sla je ogen neer,

kijk gerust

langs me heen. Ook me ontwijken
is bewijs dat je mij hebt gezien.

Waarschijnlijk hebben de juryleden van de Theo Thijssen-prijs al in 1994 bedacht dat Ted van Lieshout die prijs moest krijgen. Toen stonden bovenstaande regels al in zijn bundel "Begin een torentje van niks". Maar omdat het nu eenmaal een oeuvreprijs is hebben ze waarschijnlijk afgesproken dat het beter was om nog even te wachten.

En om er toch maar weer een 23dingen draai aan te geven. Van Lieshout heeft een blog en dat blog heeft weer een rss feed.
(al moet ik toegeven dat ik het bericht over zijn krijgen van de Theo Thijssen-prijs gewoon uit een ouderwetse krant haalde)

Knol

Zojuist zag ik op Google plots een nieuw tekstje staan, "Nieuw! Deel wat u weet. Probeer Knol". Wie klikt op Knol ziet wat Google nu weer verzonnen heeft. Mij lijkt het, maar het is nog vroeg, een variant op een Wiki.
Is dat handig? Een Wiki maar dan weer met een andere naam en waarvoor je natuurlijk weer een Google account moet hebben? Ik weet het nog niet. Soms begin ik wat kriegel te worden van het alom overal aanwezige en meelezende Google. Al maken ze vaak mooie dingen, dat wel.
Een pluspunt is wel dat Knol beter klinkt dan Wiki. Het zal mijn leeftijd zijn maar bij Wiki denk ik toch altijd eerst nog aan dat bloedirritante tekenfilm figuurtje uit mijn jeugd. Jak! Dus wat dat betreft, weg met Wiki en leve Knol!
Nu eerst maar weer wat meer koffie.

maandag 20 april 2009

Hoe is het eigenlijk met Shawn Fanning?

Ik denk dat het S. was die de lp van Steely Dan uit zijn linnen tas haalde. Het was na school, of in een tussenuur en we kwamen net uit een warenhuis in Den Helder. "Die heb ik altijd al willen hebben", zoiets zei hij. En aangezien wij de lp ook wel wilden horen en we, net als hij, vonden dat lp's veel te duur waren was het alleen maar makkelijk dat S. het ding gejat had. En knap ook trouwens, zo'n lp was door zijn omvang best lastig te ontvreemden.

Slecht he, stelen.

Het is een beetje een kip en het ei vraag. Wie de muziekindustrie zoals we hem kende op de helling zette. Was het de mp3 of was het Shawn Fanning die Napster op het internet plaatste?
De mp3 verkleint de omvang van een muziekbestand dramatisch waardoor er vele, heel vele liedjes vlug te downloaden zijn. Napster was de eerste site die het mogelijk maakte mp3's te delen. Stel, ik heb een liedje op mijn pc, mijn pc staat aan en heeft verbinding met het internet dan kun je via een site als Napster dat liedje van mijn (en 1000en andere pc's waarop dat liedje staat) downloaden naar je eigen pc (als ik dat goed vind natuurlijk, het gebeurt niet zomaar).

Wat dagen terug deed een rechter een uitspraak in de zaak tegen de "eigenaren" van The Pirate Bay. Die site werkt volgens het principe van Napster (al is de techniek weer heel anders), je deelt bestanden (filescharing). Ik las over die zaak en vroeg me plots af hoe het eigenlijk was met Shawn Fanning van Napster, kortstondig was hij één van de meest besproken figuren van het internet.
Je kunt hem zoeken via de gewone zoekmachines maar zijn naam duikt ook zeer regelmatig op in blogs. Via Blogsearch van Google (altijd maar weer Google) zoek je heel eenvoudig in blogs en je kunt jezelf via een rss feed abonneren op nieuwe resultaten van je zoekopdracht. Een egofeed heet dat ergens. Een pracht uitvinding, zo zit je niet meer vast aan het nakijken van allerlei blogs, je krijgt gewoon een seintje als er ergens op een blog iets geschreven wordt over dat wat je boeit.

Met Shawn Fanning is het raar gegaan. Zijn Napster (en hijzelf) werd haast meer dan wereldberoemd. Op sommige universiteiten werd 40% van al het internetverkeer veroorzaakt door het downloaden via Napster. Maar er kwamen aanklachten en rechtzaken. Muzikanten en de industrie beschouwden het grenzeloos downloaden van liedjes zonder dat daarvoor betaald werd als diefstal. Napster ging bankroet (al bestaat de site, nu met een heel andere opzet nog wel) en Fanning dook een paar jaar later weer op met Snocap, ironisch genoeg een "ding" dat het mogelijk maakte om een soort digitaal bezitskenmerk aan bestanden toe te voegen. Ook daar is hij inmiddels weer weg. Zijn laatste idee heeft iets te maken met profielen voor online games. Maar die site is "tijdelijk" down. Via mijn "Shawn Fanning" rss feed hou ik hem echter in de gaten.

Over weinig dingen wordt op forums zo hartstochtelijk geruzied als over het delen en downloaden van bestanden waarop rechten zitten die de gebruiker niet wenst te betalen. De creatiefste redeneringen worden aangehaald om het gelijk van de downloader te bewijzen. Persoonlijk vind ik de excuses van de downloader wat gezocht (en dan doe ik eens mild). Zeg gewoon dat je iets wilt hebben zonder dat je ervoor wilt betalen, ook al betekent dat dan dat er weinig tot geen verschil is tussen jou en S. die vroeger een lp jatte.

vrijdag 17 april 2009

Vrijdag, muziekjesdag (2)

Zo om de paar jaar probeer ik weer eens of ik van klassieke muziek zou kunnen houden. Maar het lukt niet. Die bossen met violen zitten in de weg. Dat waaiert maar heen en weer.
Wel heb ik de laatste maanden wat moderne klassieke muziek (wat een rare term blijft, het is een contradictie, zoals iets als zeggen dat Dries Roelvink een zanger is) ondekt.
Vandaag John Cage. 4,33 (in three movements) heet het, een controversieel (zegt "men") stuk voor piano uit de vorige eeuw. Gespeeld door David Tudor een naam die vaker voorkomt in de moderne klassieken.
Ik moet me vreselijk inhouden om niet allerlei leuks over Cage te linken of te zeggen. Maar dat doe ik later nog wel eens. 4,33 moet je horen zonder voorkennis.
Niet nu al afhaken, het valt reuze mee. En als je het al kent, neurie dan maar fijn mee.

donderdag 16 april 2009

Steekproef

David Quammen blogt niet. E.O Wilson blogt niet. Robert Fisk blogt wel, nee, toch niet. Bill Bryson blogt niet. Richard Fortey blogt niet. Donald C. Johanson blogt niet (terwijl hij het ego er toch echt voor heeft). Niles Eldredge blogt wel maar heeft al een flinke tijd niets gezegd. Tom Segev ? Nee. Richard Leaky? Die wel. Applaus. Robert Kaplan? Nee.

Ooit stopte ik met het lezen van fictie. Dat scheelt een hoop tijd.

De namen hierboven, die allemaal in mijn boekenkast staan lijken zich niet erg te bekommeren om blogs. Er wordt wel over hen geblogd. Daar kom je wel achter als je hun namen intikt bij Google's Blogsearch. Maar zelf bloggen? Nee. De meeste niet. In ieder geval niet in waarneembare blogs.

Is bloggen iets voor alfa's? Zijn wetenschappers wel 2.0? Zijn journalisten het?
Of ben je er (waar of wat "er" ook precies mag zijn) pas echt als er wel over je geblogd wordt maar zelf niet hoeft te bloggen.

En zegt dat iets over de mensen die wel bloggen?

woensdag 15 april 2009

Hizbullah, pipes en vibes

Ooit was ik heel kort in Beirut. Naast Dylan en Tristan da Cunha heb ik ook "iets" met de libanese burgeroorlog. Die was trouwens al voorbij toen ik er was. Ik ben een bibliothecaris, geen held. De stad was nog aan het herbouwen. In een stil achteraf straatje vonden we een groenteboer. Na wat luide "hello's" kwam er plots een best wel erg grote libanese meneer met een buiten proportioneel groot mes in zijn handen op ons afgestommeld. En hoewel de burgeroorlog en de ontvoeringen voorbij waren schrik je dan toch even. Natuurlijk gebeurde er niets. De bananen kregen we voor niks en de man vertelde opgetogen over de opstelling van PSV dat jaar. Dat was een beetje een monoloog. Hij wist er duidelijk veel meer van dan ik.

Dat was een bruggetje naar de libanese Hizbullah (Hezbollah mag ook). Zoekend naar rss feeds ontdekte ik dat ook de website van de Hizbullah aan rss feeds doet. En ze doen dat slim. Een gebrek aan de gemiddelde feed is dat je alles krijgt wat er nieuw is op een site of op een blog. Terwijl ik wel door veel maar weer lang niet door alles geboeid kan raken. De Hizullah geeft je keuzes zoals "Imam Khamenei speaches" (taalfout is niet van mij), "Gaza genocide" en "Resistance operations". Nu kun je daar van vinden wat je wilt. En dat moet iedereen vooral doen. Maar ik vond het slim. Dingen splitsen is overzichtelijker dan alles proberen te volgen. En natuurlijk doet niet alleen de Hizbullah dat. CNN, NOS en de afdeling Leiden van de PvDA, ze bieden allemaal verschillende feeds aan.

En toen ik toch met rss zat te rommelen bedacht ik me dat het, gezien de gruwelijke hoeveelheid feeds die je kunt krijgen handig zou kunnen zijn als je uit verschillende feeds weer dingen zou kunnen selecteren om die dan weer in één feed samen te voegen. Jaja, ik sloeg volledig op hol. Maar het kan. Op natuurlijk weer verschillende manieren. Deze pipe (want zo heten ze blijkbaar) lijkt me het mooist. Er zit een fijn filmpje bij waar ik instant blij van werd. Het is vast een hoop gedoe, ik weet niet of ik het echt ga proberen maar het lijkt me heerlijk knutselen voor een regenachtige zondag.

Op aanraden van Edo heb ik ook nog even naar Netvibes gekeken. Ik ben nog niet overtuigd. Het werkt, dat wel. Je kunt er flink wat rss feeds in lezen en het ding is te openen op elke pc met een internetverbinding. Maar ik was teleurgesteld toen bleek dat je wel een link naar je mailbox kon maken maar dat Netvibes maar heel sporadisch een update van je inbox lijkt te geven. Ik was tenminste al 4 testmailtjes verder voor netvibes de eerste zag. Je hebt ook nog iGoogle. Die kwam wat beter uit de mailtest. Ik weet nog niet of ik er zelf wat mee ga doen maar met wat bijhouden kan het op het werk, op een inlichtingenpc wellicht handig werken.

dinsdag 14 april 2009

ding 4 rss

De eerste pc die ik had was binnen de kortste keren volgeplempt met zinloze programma's en dingetjes die het wel deden maar waarin ik, zodra ze het deden al vlug de interesse verloor. Ik was, zeg maar "Gewoon, omdat het kan" al voor die zin overal begon op te duiken. Een nadeel was dat ik nooit iets deinstalleerde, want je wist tenslotte maar nooit wanneer dat industriele tekenprogramma wel eens van pas zou komen. De pc werd daardoor trager en trager en de prgramma's die ik/we wel gebruikten waren soms compleet onvindbaar door de wirwar van icoontjes op het bureaublad.

Gelukkig ben ik tegenwoordig een stuk bedachtzamer.

Omdat het wel weer eens tijd werd voor een nieuw ding ben ik maar begonnen met ding 4, rss. Nu heb ik dat vroeger wel eens gebruikt maar toen verzoop ik al vlug in een waslijst met pagina's waarop ik mij "geabonneerd" had die mij continu vertelden dat er weer een nieuw artikel of nieuwtje was gepubliceerd. En dan was er zo weer een uur voorbij. Of meer. Want ik heb veels teveel interesses.

Maar nu ga ik dat anders doen. Heus.

23dingen adviseert Netvibes. Maar dat schuif ik nog even voor me uit. daar kan zoveel mee. Dus ben ik vol goede moed begonnen met het omvormen van mijn Firefoxbrowser tot RSSreader. En dat kan op een hoop manieren. Wie Firefox gebruikt ipv de Explorer van Microsoft kan het zelf eens proberen. Prachtig. Ik kon na een half uurtje op zowat elke plek in die browser klikken en hup, daar stonden mijn abonnementen weer. Maar toen ik na dat halve uurtje tevreden naar mijn knutselwerkje keek bedacht ik me dat het toch weer bar onhandig was dat de pc waarop ik zo fijn geknutseld had alleen maar op mijn werk stond. Op de thuispc had ik er dus niets aan. Nu zijn daar ook weer allerlei hulpmiddeltjes voor maar ik bedacht me dat ik bedachtzamer was geworden. En terwijl ik me dat bedacht viel mijn oog op het woordje "reader" in mijn Gmailbox. Ha! Zo kan het ook. En ik kan op deze manier de feeds op elke pc bekijken.
Nu stond er, bij nalezen, ook al in de begeleidende tekst van 23dingen dat Gmail een reader had. Maar ik werk in een bibliotheek, dan kun je vaker niet zo heel goed lezen .

De reader is er. Nu nog de feeds selecteren.

rrs test (tussendoor)

Dit is niet meer dan een test om te zien of mijn Firefox browser inderdaad laat zien dat er een nieuw berichtje op dit/mijn blog is verschenen.
Beetje saai postje dus. En al helemaal geen 100 woorden. Dat moest ik maar niet te vaak doen. Zoiets gaat lezers kosten.

maandag 13 april 2009

Beeld bij Bob

Bob was er

Ooit, een keer, zag ik met, denk ik, (kleine) Ton in (geloof ik) Den Haag op (waarschijnlijk) een festival D.A.F, Killing Joke en nog wat bandjes. Het was warm, heel warm. We kochten een blikje cola maar het lipje brak af. Een dun, miezerig straaltje spoot recht omhoog. Ik weet nog dat we daar lang naar hebben zitten kijken, naar dat straaltje terwijl er een luid gierend heavy metal bandje speelde. We hielden niet zo van heavy metal. Omdat Den Helder een erg eind af ligt van (ik denk toch echt) Den Haag moesten we weg voor het laatste bandje, The Beat, helemaal klaar was. Terwijl we van het veld schuifelden speelden ze een mooie, langszaam stuiterende "psychedelic rockers". Het was een mooie dag.
Maar op de herinnering na is niets meer van terug te vinden. Geen recensies, geen opnames, geen foto's, niet eens een verfrommeld toegangsbewijs.

De afgelopen dagen, het is misschien bekend, speelde Bob Dylan in Amsterdam. Ik was er twee van de drie keer bij. De oude man zong heel vroeger al dat de tijden aan het veranderen waren. En dat is ook zo, de tijden zijn voorgoed veranderd. Want Dylan was dan wel in Amsterdam, hij was en is met die drie optredens ook overal. In de krant, op fansites (al is het koppelen van het woord fan aan Dylan nogal een taboe), op blogs, liedjes zijn gefilmd en staan op YouTube, foto's van de shows staan op Flickr en opnames van de optredens zijn te downloaden (een link naar die site geven is wat zinloos, je moet er eerst lid van worden). De tape van de eerste avond stond 1 uur en drie kwartier na afloop online, de tweede avond duurde het wat langer, twee uur en een kwartier.
Allerlei mensen knutselen zo een blijvend beeld, een blijvende herinnering aan die avonden in elkaar. En dat is mooi. Denk ik. Maar ik weet het ook niet helemaal zeker. Soms twijfel ik. Omdat het wel beelden zijn, maar niet de mijne. Ik was er zelf. Maar ik stond ergens anders. Op dit moment zijn mijn herinneringen nog vers maar als dat over een half jaar anders is, en ik blijf de filmpjes kijken, ga ik dan denken dat ik toch ongeveer daar stond, waar de filmer stond? Verschuift dan je herinnering?

Ik maakte geen foto's en vertrouwde blindelings op de aanwezigheid van tapers. Michael, die mee was terwijl hij niet van Dylan hield stak tijdens "Like A Rolling Stone" plots zijn mobiel in de lucht. Ik zet die opname in het volgende postje. Waardoor ik zijn herinnering aan die seconden algemeen maak. Alweer een knutselstukje voor de herinnering. Een heel frommelig stukje, dat is zo, maar toch.

O, Dylan maakte het trouwens allemaal niet uit. Al die mobieltjes, fototoestelen enzo. Hij deed zijn ding. Zong soms boven verwachting goed, speelde hoorbaar op zijn orgeltje en negeerde ons verder totaal. Zoals altijd. Maar hij speelde goed. Op het eind stond hij even stil, keek de zaal in en zag ons nog steeds niet. Toen liep hij weg, zonder te groeten. Maar dat hoeft ook niet, over twee jaar staat hij daar weer. En wij ook.

vrijdag 10 april 2009

Vrijdag, muziekjesdag

Regelmaat moet er zijn. Dus roep ik vrijdag uit tot muziekjesdag. Er zijn tenslotte meer dan 23 dingen in het leven.

Naast muziekjesdag is het vandaag ook Dylandag nr.1, morgen is dag 2 maar zondag sla ik over. Het kan ook te gek.
Omdat het Dylandag is leek het me wel aardig om een muziekje uit te kiezen dat nog niet in de verste verte iets met de man te maken heeft.

Een paar jaar terug zat ik, net uit een hobbelend busje gerold, op het fijnste terras ter wereld. Eigenlijk was het restaurant maar in Dahab, Egypte is bijna elk restaurant ook een terras. In Dahab schijn je erg goed te kunnen duiken maar ik heb niets met water maar weer des te meer met de woestijn. Ik zat er dus te wachten tot we de woestijn in gingen.

Uit de vrij enorme boxen kwam een intrigerend muziekje. Een welkome afwisseling na de gezichtsloze lounge deuntjes die afgewisseld werden met Bob Marley liedjes. Het begon met een rare sample van een stem, daarna huppelde er een piano voorbij en een kinderstemmetje brabbelde ook nog iets.
Toen ik na een week in de woestijn weer op hetzelfde terras zat hoorde ik het liedje weer en omdat ik soms dingen wel kan onthouden tikte ik , terug in Nederland, wat woorden in uit de rare sample uit het begin. Google wist raad, Google weet altijd raad. Het lied bleek van Lemon Jelly te zijn en had de titel A Tune For Jack. Klik op de link, negeer het stilstaande plaatje en draai je speakertjes wat verder open. Instant mooi weer, de zomer kan beginnen.
Toen ik gisteravond wat verder zocht op YouTube kwam ik nog een liedje tegen van de mannen, Nice Weather For Ducks. Leuk liedje, mooi filmpje en het raarste gebruik van het wijsje "Alle Eendjes Zwemmen In Het Water" ooit.

Zo, dat was week 1 van 23 dingen. Straks op naar Bob. Ik zal ook namens 23 dingen even naar hem zwaaien. En als hij het niet ziet probeer ik het morgenavond nog een keer.

donderdag 9 april 2009

Kort

Vanmorgen, in de trein naar het werk, las ik in één van de gratis treinkrantjes dat in een canadees onderzoek onder 2000 professoren 55 % van de ondervraagden vindt dat nieuwe studenten minder goed zijn voorbereid dan drie jaar geleden, "Ze zien iets op het internet en nemen het over".

Nu kun je van zo'n onderzoek van alles vinden. En dat doe ik ook wel maar ik zeg er nu even niets over.

Het artikel staat ook op het internet (hier). Wie het gelezen heeft kan wat naar beneden scrollen en komt dan in een web 2.0 "ding" terecht.
Op steeds meer websites bestaat de mogelijkheid te reageren op wat je las. En van die reacties kun je vervolgens ook weer van alles vinden. En dat kun je dan ook weer kenbaar maken.

Voor nu laat ik het even bij deze beschrijving. Al is het voor mij wel fijn om, nu ik vaker door dit soort "reacties op een artikel" pagina's blader, me te realiseren dat er vreselijk veel mensen zijn die nog veel ongenuanceerder zijn dan ik.

woensdag 8 april 2009

Steffie is dood (al een tijdje al)

Steffie overleed op 28 maart 2008. Tot voor erg kort wist ik niet dat Steffie bestond. En nu ik weet dat ze bestond bestaat ze niet meer.

Nu ik zelf een blog heb kijk en zoek ik wat gerichter naar die dingen. Zo af en toe struikelde ik al eens over GeenStijl (waar ik niks over zeg, stel dat iemand daar het leest), ik volgde een tijd het blog van "kleine" Ton" en ik kijk hoe het met mijn ex-juf arabisch gaat in de aanloop naar de Europese verkiezingen. Alle drie zijn het blogs waar regelmatig nieuwe posts verschijnen. En daar staat of valt een blog natuurlijk wel mee. Zo'n ding beginnen is makkelijk, regelmatig bijhouden een stuk lastiger. Tenminste, dat moet ik toch opmaken uit de grote hoeveelheid blogs die plots stoppen.

Lang geleden, toen "internetten" nog geen lelijk werkwoord was, toen ik zelf nog geen pc had ging ik met wat tegenzin naar een cursus over het internet. Ik werkte in een kleine bibliotheek in West-Friesland waar één (1) pc stond waar het publiek de catalogus mee kon raadplegen. Ik wist het niet zo met dat internet. Het leek mij een voorbijgaand hyperig iets. De cursus gaf me al meteen weinig hoop. Als er al een verbinding was dan was die meer dan traag. En ook toen was ik al een ongeduldig mens.
In die tijd las ik soms wat extreem moeilijk vindbare boeken over het eiland Tristan da Cunha. Een onooglijk klein eiland midden in de Atlantische Oceaan waar het meestal rotweer was en waar één maal per jaar een postboot kwam. Over dat stipje waren wel boeken maar die moesten gehaald worden uit rare bibliotheken en als je iets wilde kopen duurde het soms 8 maanden voor het boek werd afgeleverd. Al met al, opschieten deed het niet.
Ik kan me het moment nog herinneren dat ik begreep dat internet geen duffe hype was.
Toen de cursus (en de verbinding) wat beter begon te draaien tikte ik bij Yahoo "tristan da cunha" in. En ik weet het aantal treffers nog, 195. 195 pagina's waar iets stond over dat geheimzinnige stipje in het midden van niets, waar niks gebeurde en nauwelijks mensen woonden. 195! Het is een cliché maar een wereld ging open.
Wanneer je nu Tistan da Cunha intikt in/bij/op Google krijg je trouwens 1.370.000 treffers. Daar is geen beginnen meer aan.

Steffie was een hond, ze overleed op Tristan da Cunha. Erik en Claire schrijven erover op hun blog. Het maakt het grauwe stipje tastbaarder. Dat heb je soms met blogs.
Na hun post over Steffie hebben ze niets meer toegevoegd. Waardoor ik me plots over Erik en Claire allerlei dingen afvraag. Zijn ze nog op het eiland? Hebben ze andere hond? Zijn ze nog wel met Erik en Claire?
Ik zou het ze kunnen vragen, via hun blog. Dat kan. Maar ik doe het niet.

maandag 6 april 2009

ding 2

Ik ben nog nauwelijks begonnen en ik ben nu de tel al kwijt. Is dit ding 2? Edo zal het nog wel zeggen.

Deze post zal dus moeten gaan over mijn ervaringen tot nu toe met web 2.0. Ik sta er (als privépersoon, ik zet dat er even bij) wat weifelend in. Het internet is niet meer weg te denken uit mijn privé- en werkleven. Maar echt onder de indruk van web 2.0 ben ik nog niet. Wel van het idee, van het principe. Maar nu, nu het nog niet gebruikt wordt op het werk kom ik het alleen nog tegen als privépersoon. En in die functie verbaas ik me toch meer.
Over de eindeloze stroom woorden die mensen menen los te moeten laten over hun leven. Over hun hobbies. Hun irritaties. Hun obsessies. Alsof er geen remmen meer zijn. Alsof iedereen en alles plots iets te zeggen heeft. En alsof de wereld er iets mee op zou schieten, met het weten dat "Keessie1985" zeker weet dat "Hunnie in De Haag allemaal linkse sakkenvullers zijn".

Maar goed, voor ik door ga zeuren over "Keessie1985", even over het opstarten van dit blog. Dat ging eenvoudig. Een klik hier, een klik daar. Ik zal nog wel wat gaan priegelen aan het sjabloon al is het daarvoor waarschijnlijk handig als ik mijn leesbril terug kan vinden. Het lastigste was het vinden van een vrije url.

Zijn dit 100 woorden? Misschien is er ergens een progje dat woorden telt.

Het is een mooi weer, ik ga de planten op het balkon maar eens doen. Die hebben aandacht nodig, meer aandacht dan "Keessie1985".

Bob komt (kwam)

En helemaal op het eind zal hij daar weer staan. Misschien spelen zijn vingers wat met een knoop van zijn jasje of met de zoom van zijn broek. Maar voor de rest zal er niets merkbaars gebeuren. Hij zal daar staan. Kaarsrecht. Naast de rest, die dezelfde kant op zal kijken. Onze kant. Al zijn er velen die zich afvragen of hij ons wel ziet.

Dit is een testpost. Ik hoef hem daarom nog geen nummer te geven. En het hoeft ook nog niet over 23 dingen te gaan. Of misschien moet dat wel. Zoals veel mensen lees ik vluchtig als het gaat om "Dit en dat moet je gaan doen en het kan zus en zo" teksten.
Je begint en daarna ga je verder. En struikelen hoort erbij.

Bob komt. Maar als deze zinnen gelezen worden is hij waarschijnlijk al weer weg. Om de twee jaar is hij er even. Een wonderlijk fenomeen. Dat ik zelf net zo min snap als de anderen die er zich over verbazen. Ik heb weinig tot niets met "popmuziek". En toch ga ik om de twee jaar naar Bob Dylan kijken. Als hij langs komt. Het voelt als een familielid bezoeken. Een oom met veel verhalen. Sommige verhalen hoor je graag nog een keer, al zijn er ook een stel waarvan je denkt "Ach toe, nee, niet weer die". Bob, ome Bob, is een raadsel. Zingen kan hij nog maar soms, het keyboard dat hij bespeelt is nauwelijks hoorbaar in de geluidsmix, communiceren met het publiek doet hij niet. En zijn wereld, waarvan hij glimpen laat horen, is donker en gesloten. Maar ondanks dat, of misschien wel dankzij, is hij echt. Hij wuift niet, geen "i love you Amsterdam". Hij is er, hij staat er. En je moet zelf maar weten of je ook wilt komen. Je zoekt het zelf maar uit, als je dat wilt. En anders neem je maar een biertje en steek je je armen in de lucht als hij na wat minder bekende liedjes dat gitzwarte "Like A Rolling Stone" weer speelt, en doe je alsof het lied niet over jou gaat.

En als hij klaar is met kaarsrecht staan, met kijken, draait hij zijn hoofd opzij. Iemand van zijn band kijkt dan even naar hem en knikt kort. Onzichtbaar ademt Dylan dan even uit. Het zit er weer op. Hij draait zich om en loopt het podium af. Zonder te groeten.