woensdag 8 juni 2016

Us


"Investeer in bibliotheken als de spil van de nieuwe economie", "De gemeente moet zich ervan bewust zijn dat de bibliotheken een belangrijke economische en maatschappelijke rol vervullen in de nieuwe bottom-up economie van zzp'ers en kleinschalige initiatieven.".

Dat is mooi. Zoals het daar stond. We (re)twitterden het gretig opgewekt, haast opgelucht misschien. Net zoals dat gebeurde met het bericht "Meer boeken tijdens opgroeien gelinkt aan hoger inkomen".

Nou ja, misschien verzin ik dat van dat "opgelucht" er zelf bij. En zit er in het tikken van "opgelucht" iets van een mening.

Maar dat weet ik dus niet zeker. En het is wel handig om iets min of meer zeker te weten als je een stukje tikt. Of dat er een duidelijke vraag is, nog handiger is een duidelijk antwoord. Daar worden lezers vrolijk van. En anders ik zelf wel.

Maar er is alleen maar een onnadrukkelijk, klein jeukje.

Ik had dat al eerder, bij het samenwerkingsding tussen bibliotheken en de belastingdienst. "De samenleving digitaliseert: Nederlanders regelen hun zaken met het bedrijfsleven en de overheid steeds vaker online, zoals het aanvragen van toeslagen, het regelen van een reis of een verzekering. Of het zoeken naar een baan. Dienstverlening kan daardoor nog meer op maat en efficiënter worden.".

En het jeukerige gevoel begon geloof ik met de VNG zin "Bibliotheken ontzorgen de gemeente".

En alle genoemde dingen zijn waar, en mooi, goed vast ook, een nieuwe rol, of een versterking van, zoiets. En dat zeg ik zonder cynisme. Waar het, zelfs licht ondankbaar voeldende jeukje dus vandaan komt, ik weet het niet precies.

Ik was een tijdje terug bij een optreden van de Manic Street Preachers, wereldberoemd in Engeland, hier iets minder. Hun workingclass empowerment meezingnummer "A design for life" is één van de weinige liedjes die ik ken waar een bibliotheek in voorkomt. En meteen in het begin ook nog.

"libraries gave us power"

En ik hang niet alles aan een liedje op hoor. Dat zou gekkigheid zijn. Maar soms denk ik dat m'n onbenoembare gevoel iets met die macht uit die eerste regel te maken heeft. Wie die heeft. En waar je tegenaan schurkt, bij wie de loyaliteit ligt, echt ligt, om welke "us" het ons nu eigenlijk gaat.

Maar echt zeker weten doe ik het niet.
Nee, duidelijker wordt het allemaal niet.

Geen opmerkingen: