woensdag 1 december 2021

Snjaag, het is geen mooi woord

Hij is nog aan het wegdruppelen, de eerste sneeuw. Vanmorgen toen ik een ochtendrondje door de heuvels maakte lag er nog wel wat. Fotogeniek was het zelfs. Al vergat ik dat toen ik op een wel erg breed, en erg grondig diep geploegd stuk land kwam. Hortend, stotend en half vallend kon al dat wit me niet zo heel veel schelen. En het waaide ook nog Den Helders hard.

Snjaag, zo klinkt het woord sneeuw in het Bulgaars. De laatste g is een beetje een kort 'gu" geluid. Geen mooi woord, vind ik. Maar ik heb dan ook een wat dubbelhartige verhouding met sneeuw. Het is natuurlijk allemaal heel erg wintersport en prachtig en ongerept en heel erg mooi met hoofdletters. Maar misschien doet sneeuw gewoon teveel zijn best. Misschien vind ik sneeuw een beetje uitsloverig met al zijn alles bedekkende en verbergende vlokken. Oh, kijk mij eens stralend wit zijn. Knap hoor. Flinkerd.

Of misschien ben ik gewoon winters in Den Helder gewend. Daar sneeuwt het een uurtje of wat, het blijft een tijdje liggen en dan vooral hard bevroren en daarmee vallen bevorderend, en daarna is het tijdenlang drabbige prut. 

En ik heb sinds mijn, denk ik zevende nooit meer in een huis gewoond zonder centrale verwarming. Je kon ook altijd iemand bellen als er iets bevroren was. En je kunt hier denk ik wel bellen maar dan komt er niemand. Waarschijnlijk omdat er teveel sneeuw is gevallen. 

Er gaat hier een verhaal rond over een Engels stel, zelfvoorzienend enzo dat in de winter op een ochtend de deur opendeed, niet over de vers gevallen sneeuw heen kon kijken, de deur dichtdeed en het opendoen pas na een maand weer probeerde. En de Bulgaars onderwijzende mevrouw hield haar hand toch echt op tafelhoogte toen ze het had over de snjaag hier. 

Gisteren begon het in de ochtend te sneeuwen. Als vers ingevlogen toeristen keken we een tijd oh en ah 'end naar de wit wordende ironische boomgaard. Daarna moesten we de inwonende poezen uit elkaar halen want die verveelden zich onmiddellijk stierlijk nu ze niet naar buiten konden, of niet wilden eigenlijk. Het sneeuwde maar een dag, de gemiddelde Bulgaar trekt er waarschijnlijk zijn korte broek niet voor uit. Vanmorgen begon het smelten. Een gebeurtenis van niets eigenlijk, dat hele sneeuwen. 

Maar goed, één dag sneeuw gehad, één dag afgevinkt. Het duurt nog een barre tijd voor het april is. 


Geen opmerkingen: