donderdag 22 juni 2023

De snelweg naar Pliska


Een bijvangstvoordeel van een uitje naar Pliska is het rijden over het laatst voltooide deel van de Hemus snelweg. Het deel, op een uur rijden van hier was af maar stortte zonder dat er een auto overheen had gereden deels weer in. Maar nu is het echt af.
Van Sofia, in het westen naar Varna in het oosten aan de zwarte zee is het 441 kilometer. De bedoeling is dat er tussen die twee steden een vierbaans snelweg gaat lopen, de Hemus snelweg. Voor delen is de snelweg af maar er moeten nog hele stukken worden aangelegd. Oh ja, niet onbelangrijk, het werk aan de snelweg begon al in 1974. Dat is bijna 50 jaar geleden en ik denk niet dat wij de voltooiing nog gaan meemaken. 

Nu ben ik geen groot fan van asfalt maar zelfs ik zie dat de snelweg broodnoodzakelijk is. Daar waar nog geen vierbaansweg loopt proppen zich nu dagelijks honderden vrachtwagens over een tweebaans karrenspoor. Als je daar met je auto tussen rijdt voel je je al vlug de hoofdpersoon in een remake van Steven Spielberg's "Duel" (die film waarin een nietsvermoedende automobilist plots wordt achtervolgd door een waanzinnige vrachtwagenchauffeur). En ik wil niet weer beginnen over de doodsdrift van Bulgaarse automobilisten. Eindeloos kunnen Bulgaren doen over het uitzoeken van een pak melk maar in een auto komt er een idiote ... Nee, ik begin er dus niet weer over.


Pliska was tussen 681 en 893 de eerste hoofdstad van het Bulgaarse rijk. Voor 681 zaten de Bulgaren in zuid Roemenië en daarna, nou ja, invasie, vechten, strijd en meer ellende. Na 893 verhuisde de hoofdstad naar Preslav
Wat boven Pliska kun je de ruïnes van die eerste hoofdstad bekijken. Ons bezoek verliep volgens een nu bekend stramien. Bij de ingang zagen we geheel niemand en nergens werd duidelijk waar wat was. Na wat ronddwalen vonden we een museum waar een ook Duits sprekende mevrouw ons vrolijk een kaartje verkocht. Haar zus studeerde logistiek in Rotterdam. Het museum was klein en zonder enige moderne interactieve prullaria. Gewoon dingen die men op het terrein gevonden had. Toen we weggingen wenste de mevrouw ons nog vriendelijk en gemeend een heel leuke dag. 


We dwaalden wat over een grote terrein waar her en der wat fundamenten van gebouwen stonden. De uitlegborden waren in het Bulgaars en in het Engels maar door de warmte ontging me vrij veel. Helemaal vrolijk werd ik toen we overal kleine diertjes zagen rondhollen. Het waren geen eekhoorns, geen muizen en marmotten waren het ook niet. Maar wat het wel nu wel was, geen idee. Maar ze waren minstens zo leuk als het zoveelste fundament. Verder was er erg veel mooi onkruid. Al werd dat die dag net weggebosmaaid. Een van de maaiers vertelde dat hij Amsterdam kende en dat hij familie in Popovo had. Je kletst wat af. 

Iets boven het grote terrein vol oud steen ligt de ruïne van de basiliek van Pliska. Een indrukwekkend gebouw, al is alleen de vloer echt heel oud, de rest is nagebouwd. Er stond ook hier weer een groot bord met veel uitleg maar de tekst wilde niet echt tot me doordringen. Voor ons uit liep namelijk een hele groep andere bezoekers. We waren niet langer de enige. Uniek! Het bleek te gaan om een schoolklas middelbare scholieren die een uitje hadden. Echt vrijwillig waren ze daar dus niet maar toch, er waren andere bezoekers. 


De basiliek is best groot, en denk ik ook wel indrukwekkend. Wanneer ik door de boogramen naar de helblauwe lucht met her en der een wolkje keek kreeg ik een beetje het gevoel van een Carel Willink schilderij. Maar ik bedacht me dat ik die schilderijen eigenlijk erg lelijk vind. Had ik al gezegd dat het erg warm was?



Pliska is een leuke, maar niet noodzakelijke plek om te bezoeken wanneer je hier bent. Op het terrein werken aardige mensen maar verder is het toch een beetje een heel eind rijden voor wat niet heel bijzondere fundamenten. Maar dat rijden, och ja, wat een snelweg zeg. Geen gaten, geen modderstromen, geen kudde schapen en vooral geen schizofrene vrachtwagen die bijna tegen de bumper van onze auto aanduwt. We stopten bij een enorm tankstation en kochten een broodje dat fors duurder was dan het kaartje voor het museum in Pliska. Ongemerkt reden we zomaar 120 km per uur. Heel even waanden we ons in Nederland. 
Maar toen hield, midden in het niks de snelweg ook plots weer op en laveerden we weer om gaten in de weg heen. Zoals het hoort zou ik bijna tikken.

3 opmerkingen:

Niek zei

Hoe weet je dat de snelweg opeens op gaat houden of is dat een kwestie van ervaren? Klinkt levensgevaarlijk. Maar wellicht wen je eraan.

Ton de Kruyff zei

Er is een keurige op/afrit en er staan van die leuke pionnen op de weg. En als je die signalen mist rijdt je plots tegen een afzetting op. Of er omheen, dat kon geloof ik ook.

Niek zei

Aha, dat is toch wel duidelijk. Niet helemaal opeens zoals ik voor me zag.