Nu het buiten al een tijdje koud is, niet echt heel koud, meer Nederlands grauwkoud, zijn de taken van Annet en mij uitgebreid. Niet alleen vullen we om de zoveel minuten weer eens het etensbakje van een poes of maken we plek zodat er een poes op schoot kan schuiven, we doen nu ook de godganselijke dag de deur open voor een poes die naar buiten dan wel binnen wil. Om elkaar een beetje op de hoogte te houden van wie waar is gaat dat deur open doen soms onder begeleiding van kreten als "Gijs is buiten" of "Ollie is binnen". Met steeds grotere regelmaat klinkt er nu ook "Henk is binnen".
Henk kwam februari van dit jaar voor het eerst langs. Annet was is Nederland en ja, we hadden afgesproken dat we niet nog meer katten zouden adopteren. Maar Henk had een slepend achterbeen en zag er verder ook niet best uit. Hij schrokte zijn eten naar binnen en vertrok. Na een tijdje dook hij weer op. Nu had hij iets aan zijn andere achterbeen. We lieten hem opknappen en ook maar meteen castreren bij de dierenarts. Henk was ons dankbaar, en om die dankbaarheid te tonen ging hij niet meer weg. Fijn Henk.
Henk is een voorbeeldige poes. Echt heel slim is hij niet, ik gok dat er ongeveer 4 hersencellen soms contact met elkaar maken maar hij kan aanbiddelijk vriendelijk naar je kijken. Een knappe poes is het ook, al buit hij dat verder niet uit. Spelen kon Henk niet. Voor een touwtje holde hij hard weg en als je een walnoot naar hem toe rolde sprong hij steevast een kant op die alleen hij begreep. Na maanden oefenen horen we hem nu soms buiten zelf met walnoten spelen. Ze opruimen doet hij natuurlijk niet. Maar als je dat detail over het hoofd wilt zien is het eigenlijk de perfecte poes. Rustig, vriendelijk en hij staat goed in elk interieur.
Henk zelf is dus het probleem niet. Het is zijn aanwezigheid die het lastig maakt. Wim vindt hem maar raar. Af en toe geeft hij Henk, zomaar uit het niets een stevige klap op het hoofd. Henk kijkt dan wat glazig maar laat het gewoon gebeuren. Gijs heeft een bloedhekel aan Henk, maar Gijs heeft een hekel aan de meeste poezen. Waarschijnlijk komt dat omdat Gijs vroeger door iedereen geslagen werd en een tijdlang geen huis had. Dat gaat Gijs niet nog eens gebeuren. Maar, Gijs kan Henk soms zomaar aanvliegen. Al met al, Henk zijn aanwezigheid zorgt voor onrust. Vandaar dat we afspraken dat Henk buiten moest blijven. Nee, binnen, dat kan echt niet. Echt niet.
Dat voornemen hielden we precies vol tot het buiten licht begon te vriezen. Licht, niet eens min tien of zo. Watjes als we zijn lieten we hem natuurlijk toch maar binnen. Henk stommelde ontspannen en onverstoorbaar rond. Hij ging eens op de plek van Ollie liggen, hij at eens uit het bakje van Wim en snuffelde uitgebreid aan Lenie. Alleen om Gijs liep hij met een boog heen. We gaven Henk een daarom eigen plek. "Kijk Henk, dit is jouw eigen plek!".
Maar, en wie had het anders verwacht, hij ligt liever ergens ander, en het liefst op mijn stoel. En daar ligt hij nu steeds.
Het is allemaal niet hemelbestormend. Of reuze spannend.
Maar Henk is wel mooi binnen.
2 opmerkingen:
En zie ik nu goed dat Henk in al die maanden een stevigere, gezonde poes is geworden?
Mooie rapportage weer.
Die klappen van andere poezen zie ik helemaal voor me en dan amper reageren. Die Henk toch.
Henk is inderdaad in de loop van het jaar een fijn stevige poes geworden. Dat extra vet kan meteen mooi de af en toe klappen die hij krijgt opvangen.
Een reactie posten