woensdag 28 november 2018

Weer


'Kijk'.
'Wat?'.
'Kijk nou'.
'Waar dan?'.
'Hij komt er aan, daar'.
'Wie?'.
'Hij'.

Underworld, het favorietste dansmuziekgroepje van de Leukste Vrouw ter Wereld en en mij zou oorspronkelijk twee concerten geven in een tijdelijke locatie in Amsterdam Zuid. Een leegstaand kantoorpand, een zeer beperkte hoeveelheid kaartjes en harde muziek, het leek ons ideaal. Voor het kantoorpand bleken op het laatste moment de vergunningen niet geregeld en dus werd het een optreden in een gewoon zaaltje, de Marktkantine. Dat drukte de voorpret.

Er was nog één plek over in de parkeergarage en die was naast een pilaar. Hierdoor moest de LVtW  licht tierend door de auto kruipen om ook naar buiten te kunnen. Fietsers stoppen voor niemand, we weten het nu zeker. De kaartjes bleken niet te scannen door ingangscontrolemevrouw en van de bewakingspuber mocht het flesje water niet mee naar binnen, ook niet zonder dop en ook niet zonder water. En het garderobemeisje, nou ja, ik wist niet dat je zolang kon doen over toch maar een zeer beperkt aantal handelingen.

De stemming was wel even weg eigenlijk.
Tot hij kwam.

Hij zit in een rolstoel. Anderen kennen hem, ze komen even bij hem langs, aaien hem over zijn kale hoofd, kletsen wat met hem en zijn twee begeleiders. En dan gaan ze weer. Zijn begeleiders zetten hun glazen bier onder de rolstoel, dat staat wel zo veilig. Ze rommelen nadenkend met dingetjes die in zijn oor zitten, maar niet goed, ja zo zitten ze wel goed. Ze vullen zijn waterfles die met een slang naar zijn mond gaat.

Het concert was vanaf het eerste lied fantastisch, het dreunde, het was toch goed hoorbaar, de liedjes klopten, de opbouw was fijn, de sfeer werd uitzinnig vrolijk. Er stond slechts een verdwaalde enkeling stil en zelfs die stonden met een brede glimlach stil. Er werd geduwd, voorgedrongen, ergens kletste er een redelijke plas bier tegen mijn been maar het maakte allemaal niet uit. Niets maakte uit.

Een paar jaar terug stonden de LVtW en ik achter dezelfde man in dezelfde rolstoel. Nou ja, dat laatste weet ik natuurlijk niet zeker maar het staat fijn als zin. De herhaling was te mooi om niet te bespreken. De LVtW denkt dat ze verstaan heeft dat de man in de rolstoel zelf ook muziek maakt. Maar in ieder geval werden er handen geschud, werd er breed geglimlacht en zei de man in de rolstoel dat hij zich de LVtW van de vorige keer nog kon herinneren. Wat ik me wel voor kan stellen maar wat me tegelijkertijd toch stug lijkt. Maar ook dat was wel een fijne zin.

Het beukte en het dreunde, en iedereen bewoog. En toen de zanger ook deze keer zong over Christus op krukken vroeg ik me opnieuw, al dansend af hoe het voelt om bijna volmaakt stil te moeten zitten terwijl om je heen iedereen beweegt, opgaat in het ritme. En net als een paar jaar terug heb ik dat niet gevraagd.

En misschien was het raar, want ik ken de man noch zijn begeleiders, maar toen het af was, klaar, en er overal zweet droop en mijn gehoorschade nog verder was toegenomen, werden er weer handen geschud en heb ik 'tot de volgende keer' tegen de man gezegd. en dat leek hem ook een leuk idee. Ik heb hem nog niet over zijn kale hoofd geaaid. Maar een volgende keer zou zelfs dat me niet van mezelf verbazen.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten