donderdag 8 oktober 2015
John Lydon lijkt op Hans
"De meesten waren wel oud he?"
"Ja, maar het is ook een soort jeugdsentiment eigenlijk."
"Wat zeg je? Ik versta je echt niet hoor. Die bas in dat bijna laatste liedje dat maar doorging, die stond echt ongezond hard. Volgens mij zijn er twee vullingen los getrild."
Omdat ik dezelfde bas had gehoord verstond ik die zin ook niet goed.
En terwijl we langs elkaar heen pratend in een druilregentje door het pretpark wat Amsterdam om 11 uur 's avonds nog steeds is terug naar de auto liepen wist ik opeens aan wie John Lydon me deed denken. Aan Hans.
Hans was toen denk ik 14, of 15, of 16. Zoiets. Hij kwam met een paar vriendjes in het bibliotheekfiliaal in Den Helder waar ik toen werkte. Het was mijn eerste bibliotheekbaantje. Hans en zijn vriendjes waren vervelend. En Hans was de ergste. Permanent boos, zuigerig, soms ronduit ziekerig. Maar, als we hem zat waren stuurden we hem weg en dan ging hij ook, mopperend en als hij bij de deur was schold hij nog even. We zwaaiden dan en riepen "Dag Hans". Waar hij dan wel weer om moest lachen. Alleen kwamen er na een tijdje steeds meer vriendjes mee. En moest Hans zijn imago in de gaten gaan houden. Schelden bleef hij doen, alleen het lachen werd steeds minder.
Wat eerst nog alleen maar irritant was veranderde langzaam naar echt niet leuk meer. Misschien lag het omslagpunt bij die ene keer dat er uit de jeugdhoek een herhalend, klikkend geluid kwam. De jongen aan wie ik vroeg of hij wilde stoppen met het in- en uitklikken van zijn stiletto keek ... nou ja, misschien ken je een dergelijke blik. Er was gedoe met vechtpartijen, bewaking, wurgstokjes, een typemachine die net niet van de balie werd gegooid, bedreigingen. Op het dieptepunt hebben we het filiaal zomaar op een middag zonder overleg gesloten. Omdat het niet meer te doen was.
John Lydon speelde in Paradiso, met of als Public Image Ltd. En ergens tijdens het pesterig dreinende "This is not a love song" deed hij me aan iemand denken, Hans dus. Dat zelfde hoofd, ouder natuurlijk. Maar zo af en toe was er die blik, een mengeling van "Wie ben jij?" met "Wat moet je?" en "Ik scheld je helemaal stijf hoor!".
Lydon was natuurlijk ooit Johnny Rotten in de Sex Pistols, daarna maakte hij een paar diep dreunende en niet al te vrolijke prachtplaten om vervolgens lang zijn mond te houden. Nu maakt hij weer muziek. Die fijn klinkt en hij kan er mooi bij galmen, schreeuwen, soms zelfs rochelen. En dat deed hij met overgave. Zijn verkoudheid werd weggespoeld met wodka, die hij daarna prachtig in een vrij grote prullenbak spuugde. Het was leuk, soms goed. Lydon deed zijn gebaren, heel soms was er die blik maar gevaarlijk werd het nergens. We werden zelfs aangemoedigd om de regel "Anger is an energy" mee te zingen. Wat ik onhoorbaar deed, omdat het een ware zin is, maar het meezingen door een zaal van (bijna) vijftigers ook wat genants had.
Hans zag ik trouwens een paar jaar terug nog. In de trein. We spraken vrolijk over vroeger. Als iets maar lang genoeg geleden is kan dat. Ik vertelde dat ik nog steeds in een bibliotheek werk. Hans vertelde dat hij op weg was naar Den Helder, en dat hij net was vrij gelaten uit de gevangenis.
Het is niet altijd een liefdesliedje.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten