Toen hen in 2008 werd gevraagd welke afbeelding ze het liefst op de euro wilden zien koos de Bulgaarse bevolking in meerderheid voor de ruiter van Madara. In 2021 is de euro nog steeds ver weg. Maar de ruiter is er nog steeds.
Annet en ik gingen eerder naar de ruiter kijken. We reden er heen. Keken er naar. Zeiden "Goh", "Nou" en "Tsja" aten wat en gingen weer terug. Maar nu had ik gelezen dat er een ecopad zou zijn.
Eerst de ruiter. Die is in de zevende of achtste eeuw in de rotsen bij Madara uitgehakt. De rotsen zijn 100 meter hoog, de ruiter is op 23 meter van de grond uitgehakt. De ruiter is levensgroot en hij doorboort een leeuw die aan zijn voeten ligt. Achter het paard loopt een hond. Wie of wat de ruiter is is onbekend. Men vermoedt een koning uit die tijd maar mijn favoriete theorie is dat het beeld is uitgehakt ter herinnering aan een edelman die ging jagen, te dicht bij de rand kwam en naar beneden stortte. Een soort heel vroege "Mind the gap".
Dan het ecopad. Die heb je in Bulgarije redelijk veel maar in de buurt waar wij wonen niet zo. Een ecopad is eigenlijk gewoon een bewegwijzerde wandeling. Maar dan anders dan wij die in Nederland kennen. Een ecopad kent drie problemen. Is het hele pad wel te vinden? Vaak niet. Is er na het begin nog wel ergens een bordje? Nauwelijks tot nee. Is het pad te lopen? ik ken één pad dat we van beging tot eind liepen, de rest is altijd ergens ondoordringbaar en overwoekerd.
Dus reden we naar Madara. We liepen naar de ruiter en hoewel het ding onduidelijk blijft zagen we na lang turen toch iets van een soort van een leeuw. Een speer konden we niet ontdekken. Maar er was een groot uitlegbord, dat was fijn. Maar waar was het ecopad? Tot onze grote verbazing waren er wegwijzerbordjes (gesponsord zelfs door een supermarkt) die naar het fort verwezen. Dat ligt bovenop de rotsen en daar ging het ecopad ook heen. 1+1=2. We volgenden de bordjes en kwamen er vlug op een keurige trap die veranderde in uitgehakte rotstreden met wat gammel aandoende leuningen. Hoe hoger we kwamen hoe lager de leuningen werden. Wat handig was want zo kon je je naar boven trekken. Want stijl werd het ook. Ik bedacht me dat ik hoogtevrees had maar, ach, de diepte was achter me.
Na een tijd klimmen stonden we boven waar we vlot de ruïne van een kasteel zagen. In de ruine, op de plek waar een kerk was was een klein gedenkachtige plek, met plaatjes en een enkel kaarsje.
Weer later vonden we een bordje met "secret path" erop. Dat leek me een contradictie maar voor we filosofisch konden worden liepen we door bosjes op hellingen met daarnaast een best diepe diepte. Toen het pad eindeloos doorging keerden we om en gingen met de trapjes terug naar beneden.
Hoogtevrees is vaak erger als je naar beneden gaat en de diepte ziet. Laat ik het daar op houden. Dan hoef ik er ook niet meer aan te denken.
Eenmaal beneden ontdekten we nog een aantal ruïnes van een offerplek, een klooster, een openbaar bad. Al met al. Een hoop. Druk was het er niet, mooi wel. Volgens de bordjes was er op sommige plekken sprake van een bepaald soort sterke energie. Al is dat natuurlijk kul. Maar, nogmaals, mooi en vredig was het er wel.
We liepen rustig rond en in een modern souvenirwinkeltje kocht ik een uiterst saai boekje over de ruiter. Al met al, een perfect uitje.
Tot we thuis waren en ik na het lezen van de beschrijving van het ecopad door een Bulgaarse blogster ontdekte dat we dat hele pad niet gezien hadden, laat staan gelopen. Zo schiet het niet op met de succesvol afgeronde ecopaden.
Hahaha, alweer een heel saai boekje bij een souvenirwinkel. Ze doen het erom.
BeantwoordenVerwijderen